Vastgesteld: 17 juni 2020
Uitgangsvraag
Bij welke patiënten met epilepsie is neuropsychologisch onderzoek geïndiceerd?
Inleiding
Epilepsie kan gepaard gaan met het optreden van cognitieve- en/of stemmingsstoornissen. In de praktijk moet daar aandacht voor zijn. Bij de vraag of doorverwijzing voor neuropsychologisch onderzoek nodig is, is de klacht van de patiënt en een inschatting door de neuroloog van mogelijke gevolgen van belang. Soms zal de neuroloog zelf met behulp van generieke screeningstesten de problemen bevestigen en de ernst hiervan vaststellen.
Voor neuropsychologisch onderzoek bij patiënten met epilepsie zijn een afzonderlijke expertise en infrastructuur vereist. Zo is het belangrijk een onderscheid te maken tussen de gedragsmatige bijwerkingen van de medicatie, het effect van de epileptische aanvallen (ook als deze subtiel of subklinisch zijn) en het effect van het onderliggend lijden of van comorbide stoornissen. Bij het frequent optreden van epileptiforme ontladingen kan neuropsychologisch onderzoek worden gecombineerd met EEG-diagnostiek met videomonitoring. Daarnaast wordt soms functionele MRI ingezet in combinatie met neuropsychologisch onderzoek. Dit is echter thans alleen beschikbaar in enkele academische centra. De patiënt wordt dan neuropsychologisch onderzocht (op geheugen, taal, enzovoorts) in de MRI-scanner.
Aanbevelingen
Wees bij een patiënt met de diagnose epilepsie alert op de cognitieve ontwikkeling en de stemming. Overweeg neuropsychologische screening als de klachten van een patiënt met epilepsie daartoe aanleiding geven of als er sprake is van een veranderend functioneren in het dagelijks leven. Zet eventueel screeningsinstrumenten in. Overweeg doorverwijzing voor neuropsychologisch onderzoek bij patiënten met epilepsie in de volgende gevallen:
Overweeg neuropsychologisch onderzoek in combinatie met video-EEG-registratie bij patiënten met epilepsie in de volgende gevallen:
Overweeg follow-up met neuropsychologisch onderzoek bij patiënten met epilepsie in de volgende gevallen:
|